zondag 2 augustus 2009

De Sfinx, schatkamer van verloren kennis?

Lang geleden is mij ooit door een oud-geschiedenis leraar van mij verteld dat de Sfinx vele antwoorden en geheimen verbergt die de mens maar weigert onder ogen te zien. Volgens hem zou er onder de Sfinx een geheime kamer zitten met veel verloren en onbekende kennis. Hij werd altijd als een beetje een mafketel afgeschilderd door zowel leerlingen als sommige leraren. Maar nu blijkt het langzaam maar zeker dat hij misschien toch gelijk had, want uit verschillend onderzoek is gebleken dat er inderdaad een ruimte onder de Sfinx zit zoals mijn oud-leraar zei...

De laatste jaren wordt er steeds meer aandacht geschonken aan de Sfinx en de legende die het omsluiert. Maar om één of andere reden heeft men tot nu toe geweigerd om die ondergrondse ruimte open te graven en te kijken wat er in zit. Verschillende redenen zijn er gegeven waarom dit nog niet gebeurd is. Van men wil niet weten wat er in zit tot de kennis die er zat is al lang weggehaald door een bepaalde groep mensen. Zelf denk ik dat het gewoon ouderwetse angst en machtsuitoefening is. Bepaalde groepen in onze wereld willen niet dat die ruimte geopend wordt uit angst dat de echte oude geschiedenis zich openbaard. Ik denk dat daar informatie en kennis zit die ons huidige beeld van de wereld en haar historie volledig zal verwoesten en veranderen.
Ik denk dat als die informatie vrijkomt de wereld nooit meer hetzelfde zal kunnen zijn en veel mensen ereg veel macht verliezen.

Nu heb ik me de afgelopen maanden erg veel beziggehouden met de Sfinx en de verhalen er om heen. Ik kan hier wel een lap tekst over gaan posten, maar dat zou redelijk onverantwoord zijn en het zou het onderwerp kunnen ondermijnen. Daarom heb ik besloten om wat teksten en informatie over dit onderwerp te quoten. Beter goed gequote dan slecht geschreven toch?

De afgelopen tijd heb ik het boeiende boek van John Anthony West: Serpent in the Sky gelezen. Hieronder volgt een samenvatting dat over de Sfinx van Gizeh gaat.

De oorsprong van de oude Egyptische beschaving is een mysterie.
Egyptologen zijn het over eens dat de belangrijke kenmerken van het oude Egypte reeds tijdens de Eerste Dynastie compleet waren, of dat deze tussen de Eerste en de Derde Dynastie (een periode van een paar eeuwen) met een onvoorstelbare snelheid werden voltooid. De stelling van Egyptologen is dat er een onbepaalde (en onbepaalbare) periode van ‘ontwikkeling’ aan de Eerste Dynastie voorafging, maar deze aanname wordt door geen enkel bewijs ondersteund.

Een realistische benadering voor dit mysterie brengt alternatieven naar voren die niet acceptabel zijn voor orthodoxe Egyptologen. Het eerste is dat de Egyptische beschaving zich niet ontwikkelde in situ (
dus niet in Egypte zelf), maar dat deze van bepaalde veroveraars kwam, Het tweede alternatief is dat Egypte haar beschaving niet ‘ontwikkelde’, maar het erfde.
Als het samenhangende, complete systeem van wetenschap, religie, kunst, en filosofie van Egypte niet door de Egyptenaren zelf was ontwikkeld, maar door hen was geërfd (en misschien aan hun behoeften was aangepast), dan kwam dat systeem van een voorgaande beschaving die over meer kennis beschikte. In andere woorden, de oude vraag van ‘Atlantis’ komt hier naar voren.

Schwaller de Lubicz zag dat de ernstige erosie van het lichaam van de Sfinx van Gizeh door water is veroorzaakt en niet door wind en zand. In principe kan er geen bezwaar zijn tegen de water erosie van de Sfinx, want men is het er over eens dat het klimaat in Egypte in het verleden radicaal is veranderd en dat het land periodiek overstroomde, door de zee en door gigantische Nijl overstromingen. De gigantische overstroming van de Nijl komt overeen met het smelten van het ijs van de laatste IJstijd. Momenteel denkt men dat dit rond het jaar 15.000 v.Chr. gebeurde. (De uitgave van John Anthony West zijn boek is van 1993; tegenwoordig denkt men dat dit rond 11.000 v.Chr. gebeurde). De laatste Nijl-vloed gebeurde rond 10.000 v.Chr.

Als de Sfinx dus door water is geërodeerd, dan moet het voor de vloed, of voor de vloeden, zijn gebouwd die deze erosie hebben veroorzaakt. Bovendien, de tempel die aan de Sfinx grenst en een andere tempel op de heuvel die door een lange weg met de Sfinx is verbonden, vertonen dezelfde effecten van erosie. Ze moeten uit dezelfde periode komen. Er is maar weinig onderzoek naar deze tempels gedaan. En toch zijn deze tempels zo uniek in Egypte als de grote Sfinx zelf. Ze tonen een bouwkundig mysterie aan, ongeëvenaard en verschillend van de rest van de Egyptische architectuur, en ze bevatten een aantal stilistische kenmerken die nergens anders zijn gevonden.

De begeleidende foto laat duidelijk de schade van erosie aan de Sfinx en de aangrenzende tempel zien (op de foto is de rand van de rots te zien waaruit het dieper liggende plateau waarop de Sfinx staat is uitgehouwen). In geheel Egypte komt dit alleen bij de Sfinx en een boeiende uitzondering (het Osirion in Abydos, zie foto hieronder) voor; het is uniek bij de Sfinx en het complex er omheen.
Alle geologen die ik raadpleegde beaamden dat de schade typisch is voor oppervlakten die door water zijn geërodeerd, hoewel ik gewaarschuwd was dat erosie door wind en zand opvallend gelijk is aan erosie door water. Maar erosie door wind en water is uitgesloten door een heel simpele reden. De grote Sfinx werd naar verluidt gebouwd door de grote farao, Chephren, opvolger van Cheops, rond 2700 v.Chr. Het grootste deel van de laatste vijf duizend jaar was het tot de nek begraven in het zand, en daardoor compleet beschermd van de effecten door wind geblazen zand. De Ptolemeïsche tempels, zoals Denderah, Kom Ombo en Edfu zijn 500 jaar langer dan het deel van de Sfinx dat onder het zand lag aan wind en zand blootgesteld geweest, ondanks dat ze 2.500 jaar na de tijd van Chepren zijn gebouwd. De gebouwen in Luxor en Karnak zelfs ongeveer 3000 jaar.
Maar de foto’s van die gebouwen tonen slechts minimale effecten van wind-zand erosie. De randen van reliëfs en hiërogliefen zijn wat wazig, en de wind en het zand hebben de perfecte rechte hoeken afgerond.
Dat is alles.

Osirion in Abydos.

Door de redenen hierboven, kan de schade aan de grote Sfinx van Gizeh niet door wind en zand zijn veroorzaakt.

Chephren: niet de bouwer van de Sfinx
De Sfinx en het tempel complex worden toegeschreven aan Chephren, op basis van drie bewijsstukken, elk indirect. Ze kunnen als geldig beschouwd worden, bovendien, alleen door het bestaan van een ander bewijsstuk te ontkennen dat direct het bestaan van de Sfinx vermeldt in de tijd van Cheops, dus voor de tijd van Chephren.

1. De stele van Tuthmosis IV: Toen het werd opgegraven, waren de onderste regels al afgeschilferd. In de laatste regel die nog leesbaar was, gevolgd door een leegte van enkele woorden, was de hiëroglief voor de eerste lettergreep van de naam van Chephren (khaf) te ontcijferen. Maar er is geen directe of indirecte referentie naar Chephren als bouwer, en er ontstond snel meningsverschil of de nog leesbare khaf een deel was van de naam van Chephren of van een ander woord: khaf. Khaf is een element dat in veel Egyptische woorden voorkomt. De regel waarin khaf voorkomt is nu geheel afgebladderd. Wat zeker is, is dat Chephren niet genoemd wordt als bouwer van de Sfinx.

2. Beelden van Chephren. Begraven in putten in de vloer van de Sfinx tempel, zijn een aantal prachtige beelden van Chephren gevonden, één in de vorm van een Sfinx. Er zijn, echter, geen inscripties in de tempel, en daardoor niets dat een hint over de bouwer geeft. Tempels werden gewoonlijk toegeëigend door opeenvolgende farao’s, vervolgens werden er dingen aan toegevoegd, bewerkt, herzien en vernieuwd, en er is geen reden om de werkelijke constructie aan Chephren of aan een andere bekende farao toe te kennen.

3. Beelden van Chephren lijken op het gezicht van de Sfinx. De lezer mag oordelen of de veronderstelde gelijkenis bestaat. Vanaf de Derde Dynastie waren de beeldhouwers van Egypte meesters om de gezichten van farao’s exact in ieder medium te reproduceren. Detective Frank Domingo, senior forensisch kunstenaar bij de politie van New York, heeft de twee gezichten geanalyseerd en concludeerde dat het om twee verschillende personen gaat: ‘de proporties van het aangezicht en vooral de hoeken en vooral de uitpuilingen in het gezicht overtuigden mij dat de Sfinx niet Chephren is. Als de Egyptenaren geschoolde technici waren en in staat om beelden te dupliceren, dan kunnen deze twee werken niet dezelfde individu weergeven…’

4. De inventaris stele. Deze interessante, wellicht van het grootste belang, stenen tablet, werd ontdekt door Mariette, in het midden van de 19e eeuw. Het dateert uit de 26e Dynastie, maar de inscripties beschrijven in detail de maatregelen die Cheops nam (de voorganger van Chephren), toen er een tempel van Horus was ontdekt in de nabijheid van de Sfinx. Oorspronkelijk dacht men dat de inscriptie een kopie was van een veel oudere tekst, als deze tekst werkelijk uit de tijd van Cheops stamt, dan kan de bouw van de Sfinx niet meer aan Chephren toegeschreven worden.

In de piramide van Cheops.

Schwaller de Lubicz zijn gedocumenteerde interpretatie van het oude Egypte, zijn observatie van water erosie van de Sfinx en de trein van gevolgtrekkingen werpen de oude vraag van Atlantis op. De zaak voor Atlantis, is krachtig en samenhangend en wordt ondersteund door een aantal onafhankelijke maar aanvullende gezichtspunten:

1. De Egyptische beschaving was aan het begin al compleet. Er is geen teken van een periode van ‘ontwikkeling’.

2. De verwering op het lichaam van de Sfinx is typisch voor water erosie elders.

3. Het is bijna onmogelijk om deze erosie toe te kennen aan wind, zand, insolatie of chemische reacties, doordat de Sfinx voor het grootste deel van zijn veronderstelde geschiedenis onder het zand was begraven.

4. Het ontbreekt volledig aan soortgelijke effecten door erosie bij andere Egyptische tempels en monumenten die even lang of langer aan de elementen bloot gesteld zijn geweest.

5. Het toewijzen van de Sfinx aan Chephren is gebaseerd op dun, indirect, bewijs.

6. De bouwkundige stijl en de bouw grootte van de Sfinx en het Sfinx tempel complex lijken niet op iets anders uit het oude Egypte.

Het gezicht van de Sfinx was nooit dat van Chephren. Wie het wel is geweest, is een andere grote vraag. Chephren was niet de bouwer van de Sfinx. Schwaller de Lubicz zijn observatie is nu ondersteund door geologische expertise en solide geofysisch bewijs. De Grote Sfinx is veel ouder dan het dynastieke Egypte. Hoe veel ouder moet nog worden bepaald.
Maar ik blijf ervan overtuigd dat de Sfinx al voor het einde van de laatste IJstijd (dus voor 11.000 v.Chr.) bestond.

Men is een nieuwe inventieve technologische uitvinding aan het ontwikkelen, waarmee het effect van kosmische straling op isotopen in steen bepaald kan worden. Hiermee kan dan vastgesteld worden, wanneer de steen voor het eerst uit de steenlaag werd gehouwen en aan de lucht werd bloot gesteld.
Het is prachtig als dit echt mogelijk is, want dan zullen er overal op de wereld verassende gegevens naar voren komen!

Bron: John Anthony West – Serpent in The Sky. The High Wisdom of Ancient Egypt. 1993
Bron:
Mike Geubel Blog

Nog een interessante tekst.


Egypte:
In de Keltische en Germaanse mythologie wemelt het van de verhalen over verzonken landen. Bij de Eskimo's, Hopi-Indianen, Boeddhisme, Hindoeisme en niet te vergeten in de bijbel wordt allemaal geschreven over een zondvloed en verzonken eilanden. Allemaal beschrijven ze in grote lijnen precies dezelfde gebeurtenissen. Misschien als de Atlantiërs inderdaad zo'n hoog beschaafde bevolking waren, hebben ze de ramp voorzien. Dan zou het toch ook mogelijk zijn dat ze voor de ramp zijn gevlucht. Volgens Plato en Edgar Cayce zijn de Atlantiërs die het overleefden naar Egypte gevlucht. Daar zouden ze hun kennis onder de poten van de sfinx van Gizeh hebben gelegd in de zogenaamde "Hall of Records". Het enige probleem hierbij is dat de Atlantiërs in 9000 voor Christus naar Egypte zouden zijn gevlucht en de sfinx is hoogstwaarschijnlijk in 2000 voor Christus gebouwd. Volgens andere archeologen stond de sfinx al wel op zijn plaats en dit bewijzen ze door de schade van een zware regenval. Die regen viel in 10.000 voor Christus. Maar weer andere archeologen zeggen dat er eerst een leeuw stond en in 2000 voor Christus is die leeuw omgebouwd tot een sfinx.
Edgar Cayce zegt hierover:' "Er bevindt zich een verbindingskamer onder de rechterpoot van de Sfinx, die leidt naar de Zaal der Archieven. Men zal deze Zaal weer binnentreden wanneer de tijd is volbracht". Een andere ziener heeft een tekening gemaakt van de Hall of Records:



Onderzoeken:

Vanaf 1973 is gezocht naar de "Hall of Records" onder de Sfinx. De Amerikaanse organisatie, "The Edgar Cayce Foundation" kreeg van de Egyptische autoriteiten toestemming om, in 1973 en 1974, te beginnen met metingen, bodemonderzoek met scanners, boringen en opgravingen rondom het reusachtige stenen leeuwenbeeld. Ze werd hierbij geholpen door het Amerikaanse "Stanford Research Institute". De hele operatie liep onder de codenaam "The Sphinx Exploration Project". In 1976, tijdens een ander onderzoek, werden de eerste resultaten geboekt. Met infrarood-techniek en luchtfotografie ondekte onderzoekers dat diep onder de sfinx een onderaardse gang liep. Het jaar daarna werden dunne, maar hele diepe gaten geboord bij de rechterpoot van de sfinx. En in 1982 ondekte ze graniet met in het midden een holle ruimte. Alleen is de vraag nog of de ruimte door mensen is gemaakt of niet. In 1993 werd er een kunstmatige, vierhoekige kamer gevonden en in 1996 stootte een onderzoeker op maar liefst negen onderaarde gangen en kamers, maar toen plotseling werden de werken stilgelegd door de Egyptische overheid.

Overige:

In veel geschriften zijn er vermeldingen gemaakt over de vernietiging van Atlantis. De Egyptenaren spraken hier over, de Maya's, de Indiers en zelfs sommige Afrikaanse stammen kennen de legende. Dit kan toch geen toeval zijn. Als je al die geschriften naast elkaar legt, hebben ze het allemaal over een machtig mooi land dat zich in de oceaan bevond. De bewoners die daar leefden, de weinig overlevenden na de ramp, zijn gevlucht naar andere landen. Met andere woorden de Egyptenaren, Indiers, Maya's en de afrikaanse stammen zijn allen waarschijnlijk afstammelingen van de Atlantiers. Dit zou natuurlijk kloppen als Atlantis in de Atlantische oceaan lag, want dan zijn Egypte, Afrika, en Zuid-Amerika de naburige landen. In al die landen schijnen er ook muurschilderingen en prehistorische bouwwerken te zijn ontdekt die verwijzen naar de Atlantiers.
Bron:Thinkquest


Meer teksten die wijzen op een verband tussen de Sfinx en Atlantis en verloren kennis.

De Grote Sfinx van Gizeh die naar het oosten in de rijzende zon kijkt en het grootste stenen standbeeld ter wereld is, is al eeuwenlang een bron van mythen, fabels en legendes. Dit raadselachtige symbool van Egypte is altijd gesluierd geweest in geheimzinnigheid.

De huidige theorie is dat de Sfinx rond 2500 v.Chr. door Farao Khafre werd gebouwd. Toen in 1991 geologisch bewijsmateriaal aantoonde dat de Sfinx tenminste 6000 jaar v.Chr. was gebouwd, 3000 jaar voordat de oude Egyptische beschaving begon, bracht het een schok van ongeloof teweeg onder de conservatieve wereld van de egyptologie.

Hoewel ook de 19de-eeuwse egyptologen gewoonlijk stelden dat de Sfinx veel ouder was dan de piramiden, werd de toeschrijving aan Khafre pas in de 20ste eeuw aanvaard. Khafre regeerde van 2520 tot 2492 v.Chr.

John West.

Verschil van mening.

Eén man met doorzettingsvermogen, de Amerikaanse schrijver John Anthony West, had er 15 jaar voor nodig om de heersende ideeën te veranderen. De reden waardoor de gevestigde egyptologen geloofden dat de Sfinx door Khafre was gebouwd, was dat het gezicht overeenkomst vertoonde met het standbeeld van de farao in het Museum van Caïro. West liet aspecten zien in de zichtbare link tussen de Sfinx en Khafre die niet klopten, door ongewone methodes te hanteren.

West riep de hulp in van luitenant Frank Domingo, een gerechtelijk deskundige van de politie in New York, die gespecialiseerd was in het reconstrueren van gezichten waarvan de trekken verloren zijn gegaan of verminkt.

Domingo vergeleek het gezicht van de Sfinx met het standbeeld van Khafre in het museum. Uit de gedetailleerde schetsen die van beide gezichten werden gemaakt, concludeerde hij dat de twee standbeelden "verschillende persoonlijkheden" voorstelden. Domingo voegde daar aan toe dat: "Als er in de toekomst onweerlegbare informatie komt dat aangeeft dat de Sfinx Khafre is, dan waren de kunstenaars onbekwame technici".

Veel trditionele egyptologen doen laatdunkend over het werk van Domingo. Dr. James Romano van het Brooklyn Museum in New York zegt dat de Egyptische kunst geen "fotografie" was maar "veridealiseerde realiteit", en dat Domingo de "moderne normen" op "oude esthetica" toepaste, waardoor Domingo's analyse geen waarde had.

Frank Domingo.

Regen in de woestijn?

Omdat Domingo's bewijsmateriaal voor de egyptologen niet afdoende bewees dat de Sfinx ouder was dan voorheen werd gedacht, probeerde West het opnieuw. Hij stelde dat de erosie van de Sfinx niet was ontstaan door de woestijnwind en -zand, maar door het regenwater.

De laatste keer dat Egypte hevige regens had gehad, was na de laatste IJstijd die wel 12.000 jaar v.Chr. was begonnen.

West kon alleen de watererosietheorie bewijzen aan de trditionele egyptologen ddor de medewerking van een gerespecteerde academische geoloog, die bevestigde dat het steen inderdaad door water uitgesleten was. Na een lange zoektocht vond hij eindelijk een deskundige die wilde luisteren -Dr. Robert Schoch van de Universiteit van Boston.

Schoch's onderzoek bevestigde dat het lichaam van de Sfinx en de muren van de greppel waarin het zich bevindt, klassieke tekens van wateruitslijting vertonen. Hij ontdekte ook dat het monument en het nabij gelegen tempelcomplex uit dezelfde steen waren gehouwen.

Er was ook een vreemde afwijking. De Sfinx met de muren daaromheen waren zo ernstig uitgeslten dat ze groeven van een meter diep in het gesteente vertoonden. Ter vergelijking waren de identieke lagen van de rots daar dicht in de buurt nauwelijks door het weer uitgesleten. Dat gaf aan dat de Sfinx in fasen was uitgehouwen waarbij het vroegste bouwwerk aan watererosie blootgesteld was geweest, en het latere aan winderosie.

Seismografische experimenten onder leiding van Robert Schoch.

Antwoord in de grond.

Om deze theorie nog meer kracht bij te zetten, wilde West weten wanneer het steen rondom de Sfinx was uitgehouwen. Zo zou hij erachter komen wanneer de Sfinx was gebouwd. Toen haalde hij Dr. Thomas Dobecki erbij, een seismografisch specialist van een adviesbureau uit Houston.

Door de watererosie te analyseren op de grond rondom de Sfinx, kon Dobecki een schatting maken van wanneer het steen was uitgehouwen. Hoe verder de watererosie gaat en hoe langer de oppervlakte van het steen blootgesteld was geweest aan regenvallen, daarmee zouden Dobecki's experimenten aantonen hoe ver de erosie het steen had aangetast, en van daaruit kon hij de leeftijd van de Sfinx inschatten.

Dobecki's seismografische experimenten en Schoch's observaties bewezen dat het lichaam van de Sfinx inderdaad in verscheidene fases was uitgehouwen, en dat de zwaar uitgesleten voorkant van het monument de achterkant rond 3000 jaren antidateerde.

Het gezicht veranderd.

Schoch's conclusie was dat Khafre de Sfinx in een gedeeltelijk afgebouwde staat ontdekte. Khafre repareerde de Sfinx en de tempels daaromheen door granieten platen over de lijmsteen te plaatsen. Volgens Schoch moest de Sfinx vanwege zijn ouderdom vele reparaties hebben ondergaan over enkele duizenden jaren. En omdat het hoofd van de Sfinx relatief kleiner is dan het lichaam, hebben de oude Egyptenaren het waarschijnlijk met een ander gezicht ontdekt. Toen houwden ze de Sfinx uit in een Egyptische stijl.

Dobecki's experimenten onthulden ook een ander geheim- een aantal nog niet onderzochte tunnels en een grote rechthoekige kamer vijf meter onder de voorpoten van de Sfinx.

Nog vreemder was het feit dat de ontdekking van deze kamer bijna 60 jaar daarvoor door Edgar Cayce, de beroemde Amerikaanse "Slapende Profeet", voorspeld was. Op 29 Oktober 1935 stelde hij dat de overlevenden van Atlantis in 10.500 v.Chr. naar Egypte waren gekomen en de Sfinx en de Grote Piramide binnen 100 jaar na hun komst hadden gebouwd.

Atlantis.

Nog belangrijker was dat Cayce voorspelde dat voor het einde van de 20ste eeuw "een ruimte met gegevens... zou worden gevonden waar de schaduwlijn of het licht tussen de poten van de Sfinx valt". Binnenin de kamer is volgens Cayce een bibliotheek van wijsheden uit de verloren beschaving van Atlantis.

Dr. Schoch had een reputatie hoog te houden, en hij verklaarde in het openbaar dat de Sfinx niet eerder dan 8500 jaar geleden gebouwd was en hij zich niet inlaat met argumenten die niet in verband staan met de geologie. West is minder voorzichtig. Naar zijn mening is de Sfinx op zijn minst 12.000 jaar oud.

Hoe dan ook, de wetenschap lijkt er op te duiden dat de Sfinx lang voor de algemeen geaccepteerde datum werd gebouwd. Maar de grote vraag blijft: wie bouwde het en hoe? Een groeiend aantal onderzoekers waaronder schrijvers van best-sellers zoals Graham Hancock, Robert Bauval en Colin Wilson geloven dat het antidateren van de Sfinx bewijsmateriaal vormt voor een verloren beschaving.

In 1993 gaf West duidelijk aan dat dit het geval was. Dit resulteerde in een boze reactie van Dr. Zahi Hawass, de algemeen directeur van de Piramides in Gizeh, die West en zijn team niet langer toestond nog meer onderzoek te doen.

Sinds die tijd vond er een vreemde verandering plaats bij de Egyptische autoriteiten. In april 1996 kreeg Dr. Joseph Schor, een Amerikaanse miljonair die nauwe banden heeft met een uitgebreide organisatie die de leer van Cayce verspreidt, een nieuwe vergunning voor verder onderzoek.

Geheimen onthuld

Tegelijkertijd kondigden Dr. Schor en Dr. Hawass aan dat er geheime tunnels onder de Sfinx waren en dat ze deze kamers "live" voor een wereldwijd televisiepubliek zullen openen.

Als de kamer bewijsmateriaal levert over de leeftijd van de Sfinx, kan er ook een nieuw licht worden geworpen over de bewakers van het monument: de Piramides van Gizeh.
Bron:
Kronos World

Nu ben ik geen geschiedkundige of in het bezit van kennis over archeologie, buiten dat wat ik van de Indiana Jones films heb. Maar alles wijst er naar dat er iets is daar, iets van onschatbare waarde. Dus wordt het niet eens tijd dat we uitzoeken wat het is wat zich daar bevindt?

0 reacties:

Een reactie posten

Bedankt voor je reactie!

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.

Zoeken naar nieuws

De Subjectieve Tweet!

De Subjectieve Hyves

De Subjectieve Hyves
Voeg ons toe op Hyves!

Theo Hooyer Woonbiologie

Argusoogradio.org

American Freedom Radio

Vrije omroep

www.vrijheidsparade.nl

De Subjectieve Waarheid

Mijn foto
Krediet crisis? Klimaat verandering? Oorlog? Revolutie? Is er niets anders tegenwoordig? Ooit zei Plato "Alle waarheid is subjectief". Dit is helemaal waar, vooral als het aankomt op het nieuws. Wat eigenlijk objectief en onpartijdig behoort te zijn, heeft tegenwoordig meer weg van een heksenjacht, dan werkelijk nieuws. Op mijn blog zal ik jullie op de hoogte houden van het echte nieuws. Het nieuws wat er in mijn ogen toe doet...

Oude berichten: